Sialocoele (speekselcyste)

Een sialocoele (sialo betekent speeksel) ontstaat doordat er speeksel lekt uit een beschadigde speekselklier of beschadigde speekselafvoergang en er zich zo speeksel tussen de weefsels ophoopt. Het is vaak een fluctuerende, pijnloze zwelling in de nek of in de bek. Strikt genomen kunnen we niet van een 'cyste' spreken maar aangezien er geen Nederlandse vertaling is noemen we het voor de eenvoud toch een speekselcyste.
Er zijn vier grote speekselklieren met verschillende afvoergangen (zie afbeelding). Dit betekent dat er op verschillende plaatsen speeksel kan ophopen: 

  • in de nek
  • onder de tong
  • in de keel
  • onder het oog

Het komt bijna uitsluitend voor bij honden en is extreem zeldzaam bij katten. Het kan voorkomen bij alle honden maar Poedels, Duitse Herders, Teckels en Terriërs worden vaker gelinkt met deze aandoening. Er is geen geslachts- of leeftijdspredispositie en het kan op gelijk welk moment ontstaan.

Oorzaken 

De oorzaak van een speekselcyste wordt ZELDEN gevonden, maar een aantal oorzaken kunnen er mee geassocieerd worden zoals een hoofdtrauma (bv. door het hard trekken aan een wurgketting), kauwen op scherpe voorwerpen zoals takken, een bijtincident, een neoplasie ergens in het aangezicht, of een steentje dat een afvoergang verstopt.

null

Een sialocoele in de nek bij een hond die graag op stokken kauwt


Symptomen

Als speeksel lekt zoekt het, via de weg van de minste weerstand, een baan tussen de omliggende weefsels. Dit veroorzaakt een immense ontstekingsreactie. Het lichaam probeert het in te kapselen zodat het niet nog verder migreert. Afhankelijk van welke speekselklier-afvoergang is aangetast ontstaat een zwelling: 

  • in de nekregio. Deze komt het vaakst voor. Meestal gaat het om een langzaam groeiende zwelling die pijnloos is, vaak fluctuerend. Meestal ondervinden de honden hier weinig last van maar  zien de eigenaars dat de zwelling langzaam toeneemt
  • onder de tong. We spreken van een ranula. De hond kan moeite hebben met eten of slikken. Er kan bloed uit de mond lopen als ze op de zwelling bijten
  • achter in de keel. Deze komen zelden voor en worden vaak pas gediagnosticeerd als een keelinspectie onder narcose wordt uitgevoerd. Dieren met een sialocoele achter in de keel kunnen ademhalingsproblemen ontwikkelen omdat de luchtweg hierdoor dicht kan gedrukt worden. Dit kan leiden tot levensbedreigende situaties en een behandeling moet snel ingezet worden. Moeite met slikken kan een bijkomende aanwijzing zijn voor een sialocoele achter in de keel
  • onder het oog. De speekselklier onder de jukboog (zygomaticus) wordt heel uitzonderlijk aangetast maar het geeft voornamelijk druk op het oog. Het oog zal dan een abnormale stand aannemen. Pijn bij het aaien kan ook opgemerkt worden

null

Sialocoele onder de tong (ranula)

Diagnose

Algemeen is de diagnose van speekselcyste in de nek en onder de tong redelijk recht-toe-rechtaan. Het voelt als een zachte, fluctuerende, niet pijnlijke zwelling. Bij een punctie van de zwelling hebben we doorzichtig, dradentrekkend vocht (speeksel). Tumoren of abcessen kunnen er aan de buitenkant gelijkaardig uitzien maar zijn vaak hard en pijnlijk. Een bijkomende kleuring en een kweek van het vocht worden best uitgevoerd bij twijfel. Een echografisch onderzoek van de zwelling en de speekselklieren kan uitgevoerd worden om de aangetaste speekselklier in beeld te brengen. Een  bloedonderzoek toont vaak geen specifieke afwijkingen maar kan zeker uitgevoerd worden om bepaalde orgaanfuncties te testen of indien er twijfel bestaat over de diagnose. Röntgenonderzoek is zelden nodig om de diagnose te stellen. Uitzonderlijk wordt zo een steentje zichtbaar dat voor de verstopping zorgt. Wanneer de zwelling terugkomt na een operatieve behandeling kunnen de verschillende speekselafvoergangen met contrastvloeistof in beeld worden gebracht, om zo de exacte locatie van het probleem in kaart te brengen. Dit is echter op papier gemakkelijker dan in de praktijk. Een CT-scan kan noodzakelijk zijn bij twijfel over de diagnose, wanneer het probleem terug komt of bij uitzonderlijke lekkage van de speekselklier van de jukboog.


Behandeling

De enige succesvolle behandeling is het chirurgisch verwijderen van de speekselklier(en) die verantwoordelijk is/zijn voor het ontstaan van de speekselcyste. Honden produceren meer dan voldoende speeksel en ondervinden geen 'droge mond'.
Enkel het leeghalen of aspireren van het speeksel zal het probleem niet definitief oplossen. Het zal tijdelijk soelaas brengen maar de overgrote meerderheid hervalt. Het aspireren heeft mogelijks tot gevolg dat er bacteriën ingebracht worden met het risico op een infectie en zo het chirurgisch ingrijpen bemoeilijken.
Chirurgische verwijdering van de mandibulaire en sublinguale speekselklieren aan de zijde van de cyste is de meest toegepaste behandeling. Deze klieren zijn namelijk het vaakst betrokken bij de lekkage. De klieren worden aan 1 zijde samen verwijderd omdat ze een gemeenschappelijke afvoergang hebben. Uitzonderlijk worden beide speekselklieren (mandibulaire en sublinguale) aan de linker en rechter zijde verwijderd indien het niet geheel duidelijk is welke klier precies betrokken is bij de lekkage.
Deze ingreep vereist voorzichtige en deskundige dissectie om belangrijke bloedvaten en zenuwen van  het hoofd niet te beschadigen. Dit wordt vaak gecombineerd met het plaatsen van een drain in de cyste zelf om het gelekte speeksel af te voeren om zo alles te kunnen laten genezen. Indien de cyste zich onder de tong bevindt, wordt best geen drain geplaatst.  De cyste onder de tong kan worden opengemaakt en eventueel zo gehecht worden  dat deze open blijft (marsupialisatie).


Complicaties

Complicaties komen zelden voor in handen van een getrainde chirurg. Soms ontstaat er een ophoping van wondvocht (seroma). Dit kan worden gedraineerd of kan met rust gelaten worden zodat het door het lichaam kan opgenomen worden. Infecties/bloedingen komen voor maar zijn zeldzaam. Indien de verkeerde of onvoldoende speekselklieren zijn verwijderd, ontstaat recidief of herval. Zenuwuitval wordt beschreven maar is uiterst zeldzaam.
De vooruitzichten zijn excellent na drainage van de cyste en het verwijderen van de aangetaste speekselklier(en). Honden ondervinden geen 'droge mond' na dergelijke operaties ook al worden 2 speekselklieren aan beide kanten verwijderd.


Tarieven

Verwijderen van de speekselklier, eenzijdig kost € 800,00.
Verwijderen van speekselklieren zowel links en rechts kost € 1200,00.
Deze prijs is exclusief een intake consult, herhalings- en/of controle consult. Prijswijzigingen onder voorbehoud.